Twee boeren op zondagochtend aan het werk op hun land.
Met de toekomst op schoot. Met de toekomst in de hand.
Vandaag zie ik ze voor me, de twee boeren en hun zonen, de twee velden.
Als een keuze die we hebben, als een keuze die we maken.
Ook rond hoe we in het leven staan, met het leven omgaan, ons deel weten van het leven(sweb).


Twee boeren kwamen op zondagochtend op hun veld werken, zo vertelde één van hen me onlangs. Velden die naast elkaar liggen.
Ze zwaaiden naar elkaar, zoals anders.
Ze hadden elk hun jonge zoon mee.

De ene boer startte er vier jaar geleden een biologisch gemengde fruitboerderij en is blij verrast en trots dat waar toen een kale maïsakker was, nu zo’n levendig biodiverse veld is. De natuur is zo veerkrachtig! Hij ging met zijn zoontje naar de libellen en kikkers aan de grote poel kijken, en samen gingen ze pompoenen oogsten.
De andere boer kroop op zijn tractor om het preiveld met pesticiden te besproeien. Dat doet hij 15 keer per jaar. Deze keer met zijn zoontje op schoot.
Het hele veld stonk ernaar zei de ene boer. Hij keek naar de andere boer terwijl er 101 vragen door zijn hoofd schoten. Tonen dat het anders kan, is wat hem drijft.

Twee boeren op zondagochtend aan het werk op hun land.
Met de toekomst op schoot. Met de toekomst in de hand.
Vandaag zie ik ze voor me, de twee boeren en hun zonen, de twee velden.
Als een keuze die we hebben, als een keuze die we maken.
Ook rond hoe we in het leven staan, met het leven omgaan, ons deel weten van het leven(sweb).

Het Europese parlement koos gisteren om glyfocaat minstens tien jaar langer toe te staan.
En ook vandaag zijn op zoveel plekken boeren in de weer (als het water het toe laat) om ons te voeden, gifvrij en mee met de natuur, terwijl ze biodiversiteit ondersteunen en werken aan vruchtbare bodems die een redelijke hoeveelheid water kunnen opnemen.
Zoals Hannes en Betse van De Daalkouter, in dit portret, dat ik in opdracht van Landwijzer vzw schreef.

Dat sterkt me in het idee dat herstellende landbouw ook gaat om het herstellen van relaties, op zoveel vlakken en niveaus. En hoe belangrijk zorgzaam luisteren, elkaar ontmoeten en open betrokkenheid daarbij zijn, net als genuanceerde en hoopvolle verhalen delen.

Dankbaar dat ik vaak mag luisteren naar die hoopvolle verhalen van boerinnen en boeren, vol moed, passie, creativiteit, vak’man’schap en dat ik die verhalen mee mag brengen.
Dankbaar dat ik zelf kan ervaren wat er op die hoopvolle plekken ‘bougeert’ en eraan kan meewerken (ja, ook ik werkte deze lente en zomer als seizoensarbeider in de biolandbouw). En tegelijk ook bezorgd, omdat ik zoveel boeren, ook die in de korte keten, keihard zie werken – te hard – voor een (erg) laag of onzeker inkomen.

Het lappendeken aan praktijken toont dat de werkelijkheid veel genuanceerder en diverser is dan de tweedeling, van ‘wij’ tegen ‘zij’, van gifvrij of niet, van bio en gangbaar. Dat leerde ik aan vele keukentafels van – ook ‘gangbare’ – boerengezinnen. Als niet-boeren hebben we vaak zo weinig inzicht in het complexe ecosysteem waarin boeren en boerinnen werken. Om nog te zwijgen over wetgevende en economische realiteiten en structuren. Dat sterkt me in het idee dat herstellende landbouw ook gaat om het herstellen van relaties, op zoveel vlakken en niveaus. En hoe belangrijk zorgzaam luisteren, elkaar ontmoeten en open betrokkenheid daarbij zijn, net als genuanceerde en hoopvolle verhalen delen.
Dat is waar ik met Gloed wil aan blijven bijdragen. Dat is wat Hannes en Betse van de Daalkouter ook zo mooi tonen met hun verhaal.

november 2023